Een zwijn verwelkomt ons in Kirgizië - Reisverslag uit Bisjkek, Kyrgizië van Charlie Tévir - WaarBenJij.nu Een zwijn verwelkomt ons in Kirgizië - Reisverslag uit Bisjkek, Kyrgizië van Charlie Tévir - WaarBenJij.nu

Een zwijn verwelkomt ons in Kirgizië

Door: Germen

Blijf op de hoogte en volg Charlie

20 Augustus 2015 | Kyrgizië, Bisjkek

Om de grens overgang naar Kirgizstan te doen moeten we terug langs Almaty rijden. Gezien het water in de nationaal parken te koud was rijden we nog even Almaty binnen om nog eens een badje te nemen in het iets minder koude water van het Almaty Water Reservoir. Het is weer goed warm aan het worden en het ijskoude water doet ons weer een uur lang heerlijk fris gloeien. Na ons zwemmen doen we nog een picknickske aan het meer en rijden we verder richting de grens overgang. Op een half uurtje rijden van de grens met Kirgizië stoppen we aan een klein meertje waar wat vissers zitten. We steken een vuurtje aan, koken, eten, spelen gitaar, lezen nog wat en gaan slapen om de volgende dag tijdig naar de grens te vertrekken.

De volgende dag worden we gewekt door een aantal koeien die langs onze auto komen grazen. Na het ontbijt speelt Annelies nog wat sax en rust ik nog wat. Het lijkt wel of mijn lichaam aan het vechten is tegen een verkoudheid, de verkoudheid komt niet door maar ik voel wel veel druk in mijn hoofd. Daarbij nog eens de hoogte en de warmte. Tegen de middag komen we aan de grens met Kirgizstan. Er staat een lange rij auto’s waar wij bij aansluiten, we staan in de vlakke zon en het is heet. Daar staan we een paar uur te puffen, we moeten schuilen in het beetje schaduw dat Charlie geeft. Dan blijkt de lunchpauze van de grenswachters over te zijn en kunnen we na een tijdje toch binnen rijden. Deze grensovergang ging redelijk vlot behalve bij een paspoort controle door een grenswachter die de gelijkenis tussen de foto in mijn paspoort en mezelf niet zag. Hij probeerde een paar keer door het paspoort voor zich te houden, zijn ogen gingen van mijn paspoort naar mijn gezicht. Maar hij zag het echt niet. Op de pasfoto heb ik kort haar, gladgeschoren kin, ben ik een paar jaar jonger en een kleine 10 kilo dikker. Nu heb ik middellang haar dat alle kanten opstaat, een baard van 4 weken en een mooi bruin kleurtje. De grenswachter komt zijn kotje uit om nog eens goed te kijken en dan ziet hij het. Deze wildeman was ooit een nette jongen, zie ik de man denken. Hij grijnst en zegt dat we verder mogen.

Ok, we zijn Kirgizstan vrij vlot binnen geraakt en zijn blij dat we weer wat kunnen rijden om wat te kunnen afkoelen van de wind die door de open ramen zal waaien als we wat snelheid halen. Zo’n 100 meter van de grens staat er opeens nog een controlepost van de politie, net ervoor staat er een STOP teken. We vertragen uiteraard, we staan ongeveer stil en rijden verder. We zien een politie man recht springen en teken doen dat we langs de kant moeten stoppen, wat we dan ook doen. Een agent komt zeggen dat we al onze documenten moeten nemen en het kantoortje moeten binnen gaan, wat we doen. Daar is de agent die ons deed stoppen nog een boete aan het schrijven voor een jonge Kirgiziër die ook werd gestopt. De agent houdt het rijbewijs van de jongen bij, hij zal het pas terugkrijgen als hij zijn boete heeft betaald. Hij lijkt echt op een dik zwijn, die agent. Ondertussen toont hij ons de beelden van de camera die de auto’s aan het STOP teken filmt. Je kan zien dat we vertragen tot een snelheid van misschien 2 km/u om dan weer verder te rijden. ‘Je bent niet gestopt’, zegt de agent in zijn taal. Eigenlijk heeft hij gelijk, maar we waren wel zo goed als gestopt en het leek ons toch bediscuteerbaar. Al wijzend naar het scherm maken we onze mening duidelijk, ‘We did stop, look, here we stopped’. Dit blijkt echter niet te worden geapprecieerd door het zwijn, dat wat chagrijnig begint te worden. Hij neemt een formulier en begint het in te vullen. Na een paar letters stopt hij en zegt hij dat we “Shtraffe” moeten betalen. Hij doet teken dat hij ons kentekenbewijs bij het formulier zal voegen en we dan bij het politiekantoor een boete dienen te betalen om het kentekenbewijs terug te krijgen. ‘OK’, zeggen we, ‘doet u maar’. Het zwijn meent dat we hem niet hebben begrepen en legt het nog eens uit, tot zijn ergernis stemmen we toe. Dan zegt hij, ‘money, money, dollar’. Aha, hij vraagt om geld, dat hadden we niet verwacht… We maken duidelijk dat we een ticket willen. ‘Nee, niet nodig’, zegt het zwijn, ‘money, no ticket’. Hij doet zelfs de lade van zijn bureau open en doet teken dat hij echt wel liefst omgekocht wordt. Maar we houden vol en zeggen dat we een ticket willen. Het zwijn zucht, neemt een klad papiertje en schrijft er 50 $ op. We houden vol en zeggen dat we een ticket willen, de officiële manier. Hij schrapt de 50 $ door en schrijft 30 $. Wij zeggen ‘ticket’. Hij schrapt de 30 $ door en schrijft 25 $. Wij zeggen ‘ticket’. Hij zucht, staat recht en gaat met ons kenteken bewijs naar een kamer achterin, daar horen we hem een uitleg doen en als respons komt er gelach en een paar opmerkingen van collega’s. Onze interpretatie hiervan is dat het zwijn aan zijn collega’s is gaan zeggen ‘hey, moet ge nu is wa weten! Hier zijn twee toeristen en die willen geen smeergeld betalen, die vragen hier een officieel ticket!’ Waarop zijn collega’s lachen en zeggen ‘Haha, ja die zijn wel wat slimmer als dat, geef het op man!’. Het zwijn komt terug gewaggeld, zet zich in zijn stoel, zucht en doet teken dat we mogen afdruipen.
Yihaaaa, dit geeft wel een goed gevoel. We stappen rustig naar Charlie, stappen in, rijden verder en doen een high five. Achteraf voelen we ons wel een beetje schuldig tegenover die jongeman voor ons. Die zal het financieel waarschijnlijk wel wat moeilijker hebben om een boete te betalen dan wij en wij komen ervan af omdat het zwijn ons kentekenbewijs niet kan lezen.

Na een uurtje rijden komen we aan in de hoofdstad, Bishkek, en vinden we ons een plekje aan een park in de buurt van de gebouwen van de regering. Het is heet, superheet! Een beetje verder zijn er een aantal fonteinen waar kinderen in spelen en moeders in pootje baden en wij sluiten aan. Het water van de fontein is vuil, maar het doet oh zo goed! Onze belangrijkste taak hier in Bishkek is het in orde brengen van Visa voor Tajikistan, Uzbekistan en Iran. De Visa voor Turkmenistan gaan we elders doen, zonder Visa van Uzbekistan en Iran kunnen we er geen voor Turkmenistan krijgen. Over de Ambassade van Uzbekistan in Bishkek hebben we heel vervelende berichten gelezen: de dame die daar werkt is de grootste bitch op aarde en doet altijd moeilijk, zo blijkt uit klachten op fora. Eerst en vooral moet je de ambassade bellen om een afspraak te maken en hoewel ze daar Engels kunnen kan je best een Russisch sprekend iemand laten bellen want bij Engels sprekenden haken ze gewoon in. Dus, we trekken de stad in en komen voorbij een reisagentschap, hier zitten een 10-tal jonge, vriendelijke dames achter bureautjes en er zijn geen enkele klanten aanwezig. We vragen ons een beetje af wat het nut is van zoveel personeel in een kantoor zonder klanten te zetten, maar zijn anderzijds zeer blij dat we direct vriendelijk worden geholpen door één van de meisjes. We leggen onze vraag uit en het meisje matst ons al snel een afspraak bij de Uzbeekse Ambassade voor de volgende dag. Kyrgyzstan is eigenlijk het eerste land waar de vrouwen terug wat mooier zijn en de mannen nog steeds even lelijk blijven. Verder halen we wat Kirgizische Som uit de muur, kopen SIM kaarten, printen de nodige documenten voor de Visa applicatie in een internetshop en wandelen wat rond in de stad om uiteindelijk in een heerlijk hamburger restaurant te belanden waar we ook heerlijk koude Stella’s drinken en we kunnen u zeggen, dat doet eens deugd na al dat pisbier. Tot nu toe hebben we steeds lokaal bier proberen te drinken, soms ok, soms niet. We kochten geen internationale bieren omwille van de hoge prijs, maar hier vallen de Stella’s heel goed mee van prijs 1,25 € voor een halve liter. Na een heerlijke maaltijd keren we terug naar Charlie in het donker. Om half negen ’s avonds is het hier reeds donker. De zon is weg, maar het is nog steeds super heet en in Charlie die de hele tijd in de zon heeft gestaan is het nog heter dan buiten. We zetten ons dus nog even in de hitte buiten. Ik speel wat gitaar en Annelies leest wat, met een koplamp op haar hoofd want veel straat verlichting is er niet. Er loopt nog heel wat volk in en rond het park en op het plein naast het park rijden kinderen rond op elektrische autootjes en fietsen die je daar kan huren. Ook voor de jeugd is er animatie voorzien: grote golfkarren met blitse lichtjes en een stevig hifi-systeem. De jeugd rijdt rond in deze golfkarren in de straten rond het plein die ’s nachts autovrij zijn gemaakt en ze doen dit met piepende banden en de volumeknop van de hifi volledig open.

Uiteindelijk worden we moe en beslissen we dan toch onze tanden te poetsen en hete Charlie in te kruipen. We houden de deur nog wel even open om het weinige aan hete bries toch binnen te laten terwijl ik nog wat lees en Annelies nog een reisverslag schrijft. Opeens staat er een man aan onze deur waardoor Annelies verschiet. De man excuseert zich en vraagt wat we hier doen. We moeten even in het donker kijken voor we zien dat de man een security-uniform aanheeft. Oh, een ‘Safety First’ man. We zeggen hem dat we hier zullen overnachten. Hij kijkt nogal vreemd en vooral naar onze ijskast, Annelies haar computer en de dakkoffer. Mogen we hier overnachten? Ja, zegt de man met heel veel twijfel. Hij vraagt of we terroristen of spionnen zijn. ’Nee hoor’, zeggen we en we proberen de man gerust te stellen door onze reisroute uit te leggen, de inhoud van onze ijskast te tonen, te zeggen ‘ik lees een boek, Annelies schrijft een verhaal’. We tonen onze waterreservoirs, leggen uit dat er een reserveband in de dakkoffer zit, enz… Uiteindelijk is de man gerustgesteld dat we geen terroristen zijn en vraagt hij of we het nood oproepnummer kennen. Ja, 102, dat had Annelies ergens gelezen. Uiteindelijk snappen we de man wel, onze auto ziet er ten opzichte van alle andere auto’s daar wat verdacht uit en we staan tussen gebouwen van de regering. Tot ongeveer 4 uur ’s nachts blijven de golfkarren over het plein en de straten rondom scheuren terwijl de techno- en house- muziek door de boxen blijft knallen. Verder worden we ook wakker gehouden door een man die gebeden afratelt vlak bij onze auto. Als gevolg staan we de volgende dag doodmoe aan de Uzbeekse ambassade, 10 minuten voor onze afspraak. We hebben een klein ontbijtje gehad in een koffiehuisje waar men een lavabo had in het wc-kotje zelf en hebben ons dus ook wat kunnen wassen om toch wat frisser te worden. Het belooft weer een hete dag te worden. Hoewel we een afspraak hadden om 10 u moeten we toch nog een hele tijd wachten voor we de ambassade binnen kunnen. Eens binnen worden we vrij vriendelijk geholpen door een man, de zo vaak op internetfora beschreven bitch zien we hier niet. We geven onze goed voorbereide documenten af aan de man en die zegt ons dat we vier dagen later moeten bellen om te checken of de VISA klaar is.

  • 20 November 2015 - 11:49

    Greet Schalenbourg:

    Mooi, en ...
    "Kyrgyzstan is eigenlijk het eerste land waar de vrouwen terug wat mooier zijn en de mannen nog steeds even lelijk blijven."
    vind ik echt wel grandioos...

  • 20 November 2015 - 21:28

    Jospriet:

    Goed gelezen, goed verderzetten van de ries gewenst

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Charlie

Germen en Annelies trekken rond met hun trouwe viebandige vriend Charlie Tévir

Actief sinds 16 Mei 2015
Verslag gelezen: 545
Totaal aantal bezoekers 31968

Voorgaande reizen:

24 Mei 2015 - 24 April 2016

On the road

Landen bezocht: